Sportiviteit & Respect

In de Algemene Ledenvergadering van 27 oktober 2011 zijn de leden van s.v. S.A.B. geinformeerd over de Commissie Sportiviteit & Respect i.o.

De Algemene Ledenvergadering van 22 november 2012 heeft de commissie akkoord gegeven om door te gaan. Waarmee de commissie de officiele status heeft kregen.

Waar staat de Commissie Sportiviteit & Respect voor?

Het beleid is erop gericht om excessen te voorkomen (preventief), maar ook indien deze voorkomen consequent handelend op te treden (correctief).

In januari 2012 is gestart met gedragscodes, die door het Hoofdbestuur zijn goedgekeurd. Deze gedragscodes, die zijn uitgewerkt per doelgroep, vormen een onderdeel van het statuut Sportiviteit & Respect. Jaarlijks worden deze gedragscodes geevalueerd en daar waar nodig aangepast.

Indien een situatie aanleiding geeft om contact met ons op te nemen, stuur dan een mail naar ons. 

De gedragscodes zijn opgedeeld in de volgende doelgroepen:

  • Spelers
  • Ouders / Verzorgers
  • (Jeugd) Trainers & Leiders
  • Clubscheidsrechters/assistent-scheidsrechters
  • Toeschouwers

Spelers

  1. Probeer te winnen met respect voor jezelf, je teamgenoten en je tegenstanders.
  2. Speel volgens de bekende of afgesproken wedstrijdregels.
  3. Vind eerlijk en prettig spelen belangrijk en presteer zo goed mogelijk.
  4. Aanvaard de beslissingen van scheidsrechters, ook zij maken fouten.
  5. Beinvloed de scheidsrechter niet door onbehoorlijke taal of agressieve gebaren en woorden.
  6. Wens de tegenstander geluk met het behaalde succes als je zelf de verliezer bent.
  7. Onsportiviteit van de tegenstander is nooit een reden om zelf onsportief te zijn of de club aan te moedigen ook onsportief te spelen of op te treden.
  8. Wijs je medespelers gerust op onsportief of onplezierig gedrag.
  9. Heb de moed om je eigen fouten of tekortkomingen met anderen te bespreken, bijvoorbeeld met je trainer, je leider, je teamgenoten of je ouders.
  10. Respecteer het werk van al die mensen die ervoor zorgen dat je sport mogelijkheden bestaan te trainen en wedstrijden te spelen. Dit is namelijk niet zo vanzelfsprekend.
  11. De voertaal tijdens trainingen en wedstrijden dient Nederlands te zijn.

Ouders en verzorgers

  1. Bedenk dat uw kinderen in de eerste plaats sporten voor hun PLEZIER.
  2. Moedig uw kind altijd aan om volgens de regels te spelen. Probeer een positieve bijdrage te leveren thuis en langs de lijn.
  3. Maak het kind nooit belachelijk en geef het geen uitbrander als het een fout heeft gemaakt of een wedstrijd heeft verloren.
  4. Bedenk dat kinderen het beste leren door na te doen. Applaudisseer voor goed spel van beide teams.
  5. Val een beslissing van een scheidsrechter e.d. niet in het openbaar af en trek nooit de integriteit van dergelijke personen in twijfel.
  6. Ondersteun alle pogingen om verbaal en fysiek misbruik tijdens sportactiviteiten door de jeugd te voorkomen.
  7. Erken de waarde en het belang van vrijwillige trainers. Zij geven hun tijd en kennis om het sporten/de recreatie van uw kind mogelijk te maken.
  8. Laat de coaching en begeleiding over aan trainer-leider.
  9. De club wordt onder andere afgerekend op het taalgebruik en gedrag van ouders/verzorgers. Let hier dus op.
  10. De voertaal tijdens trainingen en wedstrijden dient Nederlands te zijn.

Clubscheidsrechters/assistent-scheidsrechters

  1. Pas de regels aan, aan het niveau van de spelers.
  2. Gebruik uw gezond verstand om ervoor te zorgen dat het plezier van de speler in het spel niet verloren gaat door te veel ingrijpen.
  3. Geen woorden maar daden. Zorg ervoor dat zowel in als buiten het speelveld uw gedrag sportief is.
  4. Geef daar waar het verdiend is beide teams een compliment voor hun goede spel.
  5. Wees beslist, objectief en beleefd bij het leiden van een wedstrijd.
  6. Beoordeel opzettelijk, goed getimed ÔÇ£foulplayÔÇØ als onsportief, waardoor het respect voor eerlijk spel wordt gehandhaafd.
  7. Als scheidsrechter/grensrechter wordt er van u verwacht dat u op de hoogte bent van de spelregels per categorie.
  8. De voertaal tijdens wedstrijden dient Nederlands te zijn.
  9. Controleer voor aanvang van de wedstrijd het wedstrijdformulier en spelerspas.
  10. Noteer na de wedstrijd opgelopen straffen zoals gele en rode kaarten op het wedstrijdformulier.

(Jeugd)Trainers-leiders

  1. Wees redelijk in uw eisen ten aanzien van de tijd, de energie en het enthousiasme van (jeugdige) spelers.
  2. Leer uw spelers dat de spelregels afspraken zijn waar niemand zich aan mag onttrekken.
  3. Winnen maar ook verliezen is een onderdeel van het spel.
  4. De trainer/leider dient het goede voorbeeld te geven aan de spelers.
  5. Onwelvoeglijk taalgebruik kan niet worden getolereerd. Daar dit een negatieve werking en uitstraling hebben naar spelers, scheidsrechter en tegenpartij.
  6. De voertaal tijdens trainingen en wedstrijden dient Nederlands te zijn.
  7. Ontwikkel teamrespect voor de vaardigheid van de tegenstander en voor de beslissingen van de scheidsrechter en voor de trainer van de tegenstander.
  8. Volg het advies op van een arts bij het bepalen of een geblesseerde speler wel of niet kan spelen.
  9. Een trainer-leider is opvoedkundig bezig en kan/moet derhalve corrigerend optreden ook naar ouders en supporters
  10. Indien een speler / ouder / supporter zich niet kan vinden in een genomen beslissing, zal de trainer-leider hier melding van maken of dit doorverwijzen naar (jeugd)bestuur.
  11. De trainer-leider is verantwoordelijk voor de juiste spelerspassen van zijn team en dient op de hoogte te zijn van aflopende sancties / schorsingen / uitsluitingen binnen zijn of haar elftal.

Toeschouwers

  1. Denk eraan dat spelers voor hun eigen plezier deelnemen aan georganiseerde sportbeoefening. De speler doet dit niet voor uw vermaak, noch zijn de sporters profsporters.
  2. Gedraagt u op uw best. Vermijd het gebruik van grove taal en het beledigen of belagen van spelers, trainers, scheidsrechters en officials.
  3. Geef blijk van waardering bij goed spel van zowel uw eigen team als van het gast team of andere deelnemers aan een wedstrijd.
  4. Toon respect voor tegenstanders/tegenspelers. Zonder hen zou er geen wedstrijd zijn.
  5. Maak een speler nooit belachelijk en scheld hem of haar niet uit als het een fout maakt gedurende een wedstrijd.
  6. Veroordeel elk gebruik van geweld.
  7. Respecteer de beslissing van de scheidsrechter.
  8. Moedig de speler aan om zich aan de spel-/wedstrijdbepalingen te houden.
  9. Zorg ervoor dat uw gedrag sportief is. Goed voorbeeld doet goed volgen
  10. De voertaal dient in principe Nederlands te zijn.